Duitsland Christine Ruygvoorn, boek Tutti frutti, het succes van kleurrijk en ondernemend Nederland

NAAM: CHRISTINE RUYGVOORN
BEDRIJF: VERTAAL- EN TRAININGSSERVICE HAUSER
IN NEDERLAND SINDS: 1995

Van jongs af aan ligt de passie van de – in Duitsland geboren – Christine Ruygvoorn bij muziek en dans. Dolblij was ze dan ook, toen ze na de middelbare school werd aangenomen bij het Mozarteum in Salzburg. Als muziekrichting koos Christine voor ‘oude muziek’ en als dansrichtingen voor ‘moderne dans’ en ‘theaterdans’. In 1995 verhuisde ze naar Nederland en trouwde met haar Nederlandse man die, net als zij, dol was op dansen. De kans om een dansschool over te nemen pakten ze dan ook met beide handen aan. Het runnen van een dansschool was, in combinatie met het werk dat ze al hadden, boeiend maar zwaar. Toen ze na drie jaar tegen een burn-out aanliepen, moesten ze gaan kiezen: wat wel en wat niet? De dansschool werd verkocht. Christine, die intussen een vertaalbureau had opgericht, besloot zich full time op haar bedrijf te storten, met name op de taallessen Duits. Omdat Nederlands en Duits op elkaar lijken, wordt er soms te makkelijk over gedacht en ontstaat regelmatig miscommunicatie. Voor Christine pakt dat positief uit: ze heeft inmiddels werk genoeg als docente.


1. Sinds wanneer ben je in Nederland?

Sinds 1 april 1995. In 1967 ben ik geboren in Konstanz, Duitsland. Van jongs af aan lag mijn passie bij muziek en dans. Dolblij was ik dan ook, toen ik na de middelbare school werd aangenomen bij het Mozarteum in Salzburg. Als muziekrichting koos ik voor ‘oude muziek’. Als instrumenten koos ik daarbij voor fluit en piano en als dansrichtingen voor ‘moderne dans’ en ‘theaterdans’. Toen ik klaar was met mijn studie, besloot ik terug te gaan naar Duitsland. Daar vond ik meteen een baan als docent bij een muziekschool in Ravensburg. Daarnaast gaf ik danslessen aan jongeren op een school voor kunsten,  trad ik veel op in orkesten en begon ik met saxofoonlessen. Zo kon ik dag en nacht bezig zijn met mijn twee passies.  Via een vriendin ontmoette ik mijn Nederlandse man Marcel. Het was liefde op het eerste gezicht. We deelden niet alleen dezelfde interesses zoals dansen, maar ook de liefde voor de bergen.
Na een half jaar brieven schrijven trouwden we op 31 maart 1995. Een dag later verhuisden we naar Rijswijk in Nederland, waar mijn man als bedrijfsjurist voor Shell werkte.

2. Hoe ben je ondernemer geworden en waarom?
Ik wilde direct aan het werk. Via een uitzendbureau – wat een geweldig concept trouwens! zo’n soort bureau was in Duitsland nog niet zo bekend – kwam ik terecht op de verkoopafdeling van een ingenieursbureau in Den Haag. Ik werd aangenomen, omdat ik Duits sprak. Na een half jaar waren we genoodzaakt te verhuizen: mijn man werd overgeplaatst naar Assen. Omdat ik daar niet zo snel een baan kon vinden, besloot ik me te storten op het leren van de Nederlandse taal. Ik deed staatsexamen en liet me direct beëdigen tot vertaler. Na een half jaar moesten we opnieuw verhuizen. Dit keer vertrokken we naar Soest, omdat mijn man als advocaat in Utrecht ging werken. Soest beviel meteen goed. Ik vond direct een baan op een internationale verkoopafdeling van een bedrijf. Tegelijkertijd besloot ik vast een eigen vertaalbureau op te zetten. Twee jaar later werd ik full time ondernemer. Intussen volgde ik een interne docentenopleiding, om me meer te kunnen toeleggen op het lesgeven.
Vanaf het moment dat ik in Nederland kwam, zijn mijn man en ik begonnen met stijldansen: eerst  op hoog niveau, later op professioneel niveau. In 2003 kregen we de kans om een dansschool over te nemen. Dat betekende opnieuw een verhuizing, nu naar Den Haag. We woonden in de dansschool, waar zich tussen twee danszalen een appartement bevond. Overdag werkte mijn man in Utrecht als advocaat en ik als taaltrainer en vertaalster. ’s Avonds gaven we danslessen. We werkten iedere avond tot diep in de nacht. Dat hebben we 3 jaar volgehouden, totdat we tegen een burn-out aanliepen. Het werd allemaal veel te druk. We moesten keuzes maken. We besloten de dansschool te verkopen en terug te gaan naar Soest. Een jaar later werd onze dochter geboren. Nu is de balans eindelijk goed en kan ik me volledig richten op mijn bedrijf en mijn gezin.

3. Ben je problemen tegengekomen toen je ondernemer wilde worden?
Nee, integendeel. Het ondernemen gaat hier heel makkelijk. Net als het vinden van een baan, met dank aan de uitzendbureaus die voor je kunnen bemiddelen.

4. Wat zijn de verschillen tussen ondernemen in Nederland en Duitsland?
Wat me direct opviel, is dat men hier veel minder let op diploma’s en opleidingen. In Duitsland wordt veel strenger gekeken naar je papieren. Is je sollicitatiebrief niet volgens het protocol, dan kun je de baan wel vergeten. Nederlanders die zaken willen doen in Duitsland, realiseren zich vaak niet hoe belangrijk de kennis van de Duitse taal is. Ik ken inmiddels ook veel Duitse ondernemers die in Nederland zaken doen en daarom de Nederlandse taal leren. Omdat de talen op elkaar lijken, wordt er te makkelijk over gedacht en ontstaan er vaak misverstanden. Een ander verschil is dat de salarissen in Nederland veel lager zijn dan in Duitsland. Een leraar in Duitsland verdient veel beter dan een leraar in Nederland.

5. Wat vind je typisch Nederlands, als het gaat om zaken doen en ondernemen?
Nederlanders zijn flexibel en ruimdenkend. Daarom is ondernemen in Nederland makkelijker dan in mijn geboorteland. Ook in omgangsvormen zijn Nederlanders flexibeler. Het is sneller ‘je’ en ‘jou’. In Duitsland bestaan daarvoor regels, die worden bepaald door hiërarchie. Dat is trouwens niet altijd nadelig: het schept ook duidelijkheid en dat mis ik soms wel in Nederland. Wat me ook opvalt, is dat leerlingen hier veel meer in discussie gaan met hun docenten. Dat is in Duitsland echt niet gebruikelijk.

6. Wat heb je meegenomen vanuit de Duitse en de Nederlandse cultuur?
Bij het lesgeven heb ik het ‘pünktliche’ vanuit de Duitse cultuur. Mijn Nederlandse vrienden vinden mij altijd “heel georganiseerd”. Ik probeer bij mijn trainingen op een positieve manier streng te zijn, zodat we tot goede resultaten komen.
Van de Nederlanders heb ik het gemak van het tutoyeren overgenomen, hoewel ik dat nog weleens verwarrend vind.

7. Wil je ooit terug naar Duitsland?
Duitsland is zo mooi qua natuur. Ik mis het Duitse klimaat en mijn familie, maar we leven nu hier en dat bevalt goed. Ik sluit niet uit dat we ooit nog naar Duitsland of Oostenrijk gaan.

8. Wat is het geheim van je succes?
Mijn passie: ik geef nooit op en ben een harde werker. Bovendien ben ik een positief ingesteld mens en ik denk dat mijn klanten dit voelen.

9. Wat is je favoriete stuk fruit en waarom? #tuttifrutti
Abrikoos en banaan, omdat beide vruchten zo lekker zoet zijn.

10. Wat is je favoriete Hollandse product en/of locatie?
Mijn favoriete Hollandse product is boerenkool. Mijn favoriete locatie is Den Haag en het bijbehorende strand. Als Duitse ben ik natuurlijk gek op de Nederlandse stranden.


TIPS van Christine

1. Gewoon doen
2.Werk hard
3. Geniet van wat je hebt
4.Zoek de uitdaging, dan blijf je scherp
5. Geef niet op, ook al heb je een keer een tegenslag

Lees ook het blog: Agendaterreur

“Nederlanders die zaken willen doen in Duitsland, realiseren zich vaak niet hoe belangrijk de kennis van de Duitse taal is”